Tussenrapport evaluatie en monitoring STAP

De tweede tussenrapportage van de beleidsevaluatie van de STAP-regeling gaat nader in op de resultaten en de effectiviteit van de regeling. In het kader van de evaluatie zijn verschillende onderzoeksactiviteiten uitgevoerd: (1) analyse deelnemersgegevens van UWV en DUO; (2) analyse prijsontwikkeling van STAP-opleidingen en cursussen; (3) analyses op CBS-microdata; (4) enquêtes onder deelnemers en scholingsaanbieders; en (5) interviews met betrokkenen van SZW/UVB, UWV en DUO, ketenpartners en andere scholingsregelingen. In 2025 wordt de eindrapportage opgeleverd met een eindoordeel over de effectiviteit van de STAP-regeling.

Wat ging er goed?

• Ketenpartners kijken over het algemeen positief terug op het bereik van de STAP-regeling.
• De STAP-regeling weet andere groepen deelnemers te bereiken in vergelijken met reguliere LLO-deelname.
• De grote meerderheid van STAP-gebruikers toont zich tevreden over de STAP-regeling en gevolgde scholing.
• Het scholingsaanbod is deels aangepast aan de regeling en wensen van volwassenen en LLO.
• Het effect van het STAP-budget op deelname aan scholing is vergelijkbaar met het effect van de fiscale aftrek scholingsuitgaven; lichte positieve effecten van STAP voor specifieke doelgroepen in het geval van non-formele scholing.
• Positieve gepercipieerde arbeidsmarkteffecten voor STAP-deelnemers.
• Werkelijke arbeidsmarkteffecten voor STAP-deelnemers zonder baan.
• Een substantieel deel van de scholing zou zonder STAP geen doorgang vinden, wel heeft door STAP enige substitutie van investeringen in scholing door bedrijven plaatsgevonden.
• De meeste opleiders hebben de prijzen van STAP-opleidingen niet extra verhoogd, enkele grotere aanbieders van opleidingen hebben dit wel gedaan.
• Met de STAP-regeling is er een infrastructuur opgebouwd waar toekomstige publieke budgetten voor LLO gebruiken van kunnen maken.

Wat kan beter?

• Het STAP-budget was niet toereikend om aan de vraag te voldoen.
• In de hele maatschappelijke discussie over STAP was kwaliteit en arbeidsmarktrelevantie van het (ruime) aanbod een cruciaal element.
• Opleiders beoordelen de administratieve lasten voor de STAP-regeling als hoog.
• Er was een beperkte link tussen STAP-scholingsregeling en STAP-ontwikkeladvies.